Vijf op een rij
Bertus Flipse | Voorzitter Regionale Commissie Lidmaatschapszaken NVM | Dronten
In de rubriek ‘Vijf op een rij’ stellen we een makelaar/taxateur vijf vragen over zijn of haar vak. Deze keer is het de beurt aan Bertus Flipse, register-makelaar/taxateur in Dronten en voorzitter van de Regionale Commissie Lidmaatschapszaken NVM.
Ligt u zakelijk wel eens ergens wakker van?
“De bankencrisis in 2008 heeft wel veel met me gedaan. In 1988 ben ik mijn eigen kantoor begonnen en dat had ik in 20 jaar uitgebouwd tot een prachtig bedrijf met een mooi team van zo’n tienmedewerkers. Het eerste jaar na de start van de crisis ging het nog wel, maar daarna veranderde er veel. De woningmarkt stortte in en ik moest afscheid nemen van drie goede vakmensen. Dit is en blijft een ‘zwarte bladzijde’ in mijn carrière.”
Hoe ziet het makelaars- en taxateursvak er over vijf jaar uit?
“Ik verwacht dat taxaties dan niet meer bestaan zoals dat nu gaat. Aan de ene kant stellen banken en geldverstrekkers steeds strengere eisen aan de taxateur, maar aan de andere kant wil men toe naar desktop- en bureauwaardering. Ik kan dit niet goed rijmen met elkaar. Persoonlijk doe ik om die reden steeds minder taxaties. Binnen de makelaardij verwacht ik veel innovatie op het gebied van technologie. Dataverzameling en verduurzaming worden steeds belangrijker. Aan de andere kant zal ook de toegevoegde waarde blijven van de makelaar als wooncoach. Makelaarsland verkondigde ooit dat de toekomst van de makelaar op een industrieterrein zou liggen met daarbij een callcentrum om kopers en verkopers te woord te staan. Daar geloof ik niet in. Misschien dat het werkt in de grote steden, maar in de rest van het land blijft het nog steeds mensenwerk.”
Is ieder vastgoedobject te verkopen?
“Ja, als je maar kunt uitleggen aan de verkoper wat een reële verkoopprijs is. Er zijn wel belemmerende factoren zoals bijvoorbeeld veranderende wet- en regelgeving. Vastgoedbelegger Eres heeft dat recent ondervonden. Zij maakt zich terecht zorgen over het fiscale klimaat in Nederland en de dreigende regulering van de middenhuursector. Deze nieuwe regels hebben namelijk tot gevolg dat voor een deel van de huurwoningen van Eres een maximale huurprijs gaat gelden, waardoor het bedrijf veel inkomsten gaat missen en beleggen niet langer aantrekkelijk maakt.”
Van welke fout in uw vak heeft u het meest geleerd?
“Ik heb gelukkig nooit iets geks meegemaakt of een claim gekregen. Wat ik me wel herinner is de start van mijn loopbaan. Ik was 22 jaar toen ik bij een makelaarskantoor begon. Er kwamen toen wel eens kopers op kantoor die net zo oud als ik waren en interesse hadden in huizen van rond de 200.000 gulden. Omdat ik het mij destijds niet kon permitteren dacht ik -omdat ze dezelfde leeftijd hadden- ‘dat kunnen jullie toch nooit betalen?’. Hier heb ik van geleerd dat je nooit een vooroordeel mag hebben. Ondanks dat we even oud waren, wil dat niet zeggen dat de financiële situatie hetzelfde is.”
Stel u wordt morgen de nieuwe voorzitter van NRVT. Wat zou u veranderen?
“Laat ik vooropstellen dat ik die functie absoluut niet ambieer. Maar als het zo zou zijn, zou ik gelijk de permanente educatie veel meer praktijkgericht maken. Als je tegenwoordig op een zolder komt, weet je soms niet wat je ziet aan apparatuur. Hier zou NRVT veel meer aandacht aan moeten besteden, in plaats van de verplichte theoretische lessen ergens in een zaaltje van een hotel. Studeren moet leuk zijn. Neem ons mee die zolder op. Laat zien hoe het werkt en waar het voor is. Verder ben ik, zoals ik al eerder zei, fel tegen desktop- en bureauwaardering. Een huis moet je zien, ruiken, voelen en kennen. Wat speelt er zich af achter de gevel? NRVT stel hoge eisen aan de taxateur en vervolgens moet je van achter je bureau de waarde van een pand gaan bepalen. Voor mij is dat zeer onlogisch.”